Geschiedenis van de Godeharduskerk Geschiedenis van de Godeharduskerk

Geschiedenis van de Godeharduskerk


In de "traditiones Fuldenses ", de giftbeker van de abdij te Fulda, worden al enkele dorpen in Ferwerderadiel genoemd, waaronder Mereheim (Marrum ), het erf aan de ( Wadden) zee. De abdij te Fulda werd overigens in 744 door Bon fatius gesticht.

Op de kruin van de vrijwel onafgegraven terp bevindt zich, omgeven door een unieke uit een dubbele rij leilinden (109 stuks) bestaande boomsingel, de Godeharduskerk.

In 2000 werd de kerk na een grondige wijziging in het interieur in gebruik genomen door de PKN gemeente Marrum/Westernijkerk. Bij de ingebruikname ontving de kerk haar huidige naam naar haar patroonheilige Sint Godehardus, In het schip van de kerk herinneren nog enkele voorwerpen aan de Gereformeerde kerk die aan de lageherenweg stond en in 2001 werd afgebroken. Zo staat tegen de muur aan de rechterzijde van de kansel de stichtingssteen en aan weerszijden van de avondmaalstafel vindt u de staanders die zijn gemaakt van de kroonluchters uit de Gereformeerde kerk.

De bouw van het schip dateert uit het begin van de 13e eeuw, bovenaan paste men tufsteen toe, mogelijk afkomstig uit afbraak van een eerder kerkgebouw. Van dit eerste tufstenen kerkje is aan de zuidzijde nog een fragment zichtbaar. In dit tufsteengedeelte is een schuine lijn zichtbaar afkomstig van de afdekking van de absis welke deels in de muur gezeten heeft. Het muurwerk aan de westzijde, waartegen de toren werd gebouwd, is gedateerd uit 1597. Men kan dus aannemen dat aanvankelijk de kerk aan de westzijde korter was dan vandaag aan de dag.

In de 19e eeuw werd wegens ernstige bouwvalligheid de toren met zadeldak vervangen door de huidige toren. In de westgevel daarvan is een steen aangebracht met het opschrift:
"Aan deze toren in de jaren 1858 herbouwd, is de eerste steen gelegd door Marten Jelles Miedema (zoon van J.H. Miedema die destijds met K.K. Osinga en J.L. Olivier kerkvoogden waren). Indien gij desen toren ziet. Niet langer meer als voorheen. Misken dan Uwe roeping niet. En zoek God door gebeen. Zijn huis o mensch dan trouwbezocht. De Heiland ging u voor. En wat gij dan nog missen mocht. Gij zij ’t op't regte spoor.

In het begin van de tachtiger jaren. werden aan kerkdaken en toren diverse restauratieve en conserverende werkzaamheden uitgevoerd.
Met de renovatie in 2000 kreeg het kerkgebouw een multifunctioneel karakter. De kerkbanken die dateerden uit 1966 werden verwijderd net als de heteluchtverwarming die de steunbalken ontsierden De kansel herkreeg aan de zuidzijde zijn oorspronkelijke plaats waarbij de herenbank ook weer naar zijn oorspronkelijke plaats aan de noord zijde terug kwam.

Van het eertijds stijlvolle 17e t/m 19e eeuwse interieur resten ons na de eerdere renovatie uit 1966 nog slechts deze kansel, herenbank en het orgel. De eikenhouten kansel met achterschot en klankbord werd in 1658 door Dirk Sydtses gemaakt. De kansel heefft gekorniste panelen, ingelegd met ebbenhout. De herenbank vertoont rijk en barok snijwerk van de hand van Jacob Sydses Bruinsma (Leeuwarden ) en werd in opdracht van mw. Wielinga in 1723 vervaardigd. De bank draagt het alliantiewapen Wielinga-Westerhuis, duidend op een huwelijk wat deze families met elkaar verbond. Het orgel is gemaakt in 1831 door J.A.Hildebrand en Volgens het " Handboek der Kerkelijke Geografie" bekostigd is door de barones A.J.E. Collet d'Escury, benevens enkele leden der gemeente.



 

 
terug